De emailleur

Ep Kragt

 

 

Op bezoek bij een voormalig werknemer van de firma Berk, Ep Kragt, die daar op de expeditie werkte.
Ik ben benieuwd waarom die Berkpannen een begrip werden.
Ep vertelt geanimeerd over het bedrijf.
Hij is geboren in 1925 en heeft alleen de lagere school gevolgd. Dat was dan wel acht jaar lang, want je mocht tot je veertiende op school blijven. Zijn vrouw Bep Hofman heeft haar mulo diploma gehaald. Ze werkte als maatschappelijk werkster bij een dominee in Zwolle. Ze ging vaak met hem mee naar de gevangenis, want hij was ook gevangenispredikant. Hij moest wel altijd een begeleider of begeleidster bij zich hebben, want hij was blind. Hij had standaard een doosje met shag bij zich, waarvan de gevangene een sigaret mocht draaien.
Als die gevangene dacht: ‘Die man ziet ’t toch niet’ en stiekem een tweede wilde draaien, sloeg hij keihard op de tafel. Bep: ‘Ze schrokken zich naar.’

Voor Ep en haar is, na 62 jaar huwelijk, humor nog erg belangrijk. Ep is na de lagere school niet stil blijven staan. Hij had brede interesses en volgde het nieuws nauwlettend.
Als hij het antwoord bij ‘De slimste mens’ eerder weet staat hij op, klopt zich op de borst en zegt :
‘Wilhelminaschool’. Het zijn van die vaste rituelen voor hen.
Nu hij van een kleinzoon een tablet gekregen heeft kan hij het nieuws nog beter volgen. Ik zie dat het beeldscherm bezaaid is met apps als Nu.nl, Trouw, de Volkskrant, Voetbal.nl.
Ep gaat op zijn veertiende aan het werk. Eerst bij een oom als sigarenmaker. Hij verdient daar fl 1,- per week. In maart 1940 gaat hij aan het werk bij de fa. Berk. Hij verdient daar fl 2,75 per week.
Hij hoefde niet te solliciteren. Ep: ‘Ach ze vroegen volk en dan kwam je’.

Later als hij op de expeditieafdeling werkt, krijgt hij het aanbod om bij de firma Kok te komen werken. ‘Die typografen hadden prima arbeidsvoorzieningen, dus ik zei meteen ja’.
Als hij dat aan zijn baas vertelt moet hij binnen de kortste keren naar de tekenkamer komen. Dat was meestal geen best teken, maar voor Ep hebben ze een andere boodschap. Hij zal assistent van de chef van de expeditie afdeling worden. Bovendien krijgt hij een loonsverhoging van 30 %.
Van fl 19,- wordt zijn loon nu fl 25,-.
Hij stribbelt nog wat tegen, want hij heeft immers een mondelinge afspraak gemaakt bij de fa Kok.
Hij krijgt te horen dat ze dat wel zullen regelen want er is een afspraak tussen de bedrijven, dat ze elkaars werknemers niet zullen overnemen. ‘Wat een luxe!’
Ep legt uit hoe het emailleren bij de firma Berk werkte.

Tijd om naar huis te gaan

Allereerst worden er uit grote ijzeren (later roestvrij staal) platen van 2 bij 1 meter vormen geponst. Deze platen komen per schip vanaf de Hoogovens en kunnen aan de IJssel gelost worden vlak achter het bedrijfsterrein.

De platen worden geponst

De meest vormen die uit die platen geponst werden waren zo groot dat er pannen van 16 t/m 24 cm van gemaakt konden worden.
Na door de handen van vormgevers en persers gegaan te zijn worden de pannen in een vat ondergedompeld. In dat vat zat het emaillepoeder.
Dat poeder was een mengsel van gemalen glas, porseleinaarde en mineralen. Het wordt onder hoge temperaturen gesmolten en na afkoeling verpulverd. Na de onderdompeling worden de pannen met grote vorken in de oven geschoven.
Vanzelfsprekend konden er meer kleine pannen tegelijk in de oven dan grote pannen.

Braadpannen hadden langere tijd nodig. De pannen kwamen er trouwens roodgloeiend uit.

In 1950 bestond de fabriek 100 jaar. Dat werd met het hele bedrijf gevierd. Ze gingen met een extra trein naar Blijdorp. Toen kregen ze ook het predicaat ‘Koninklijk’.

Op het hoogtepunt werkten er 800 mensen bij Berk.
Er moesten zelfs vanuit de omgeving arbeidskrachten met bussen worden aangevoerd. Een van deze mensen werkte om een radio te kunnen kopen. ‘Maar er moet wel een Hilversum lamp in zitten’.
Later komt hij een keer bij Ep televisie kijken. Er waren nog weinig mensen die een tv hadden en als je er wel een had kon je op visite rekenen.
Als de nieuwslezer ‘Goedenavond geachte kijkers’ zegt, groet Eps bezoeker beleefd terug.
Er werd bij het bedrijf aan het welzijn van de werknemers gedacht.
Er was een zangvereniging, voetbalclub, toneelvereniging en een drumband. Een keer per jaar was er een feestavond in de Stadsgehoorzaal. Die was dan gelijk 4 avonden uitverkocht!
Ep heeft 46 jaar bij Berk gewerkt.

Bij het weggaan krijg ik met een grote grijns te horen dat ik maar niet al te vaak langs moet komen. ‘Denken ze ook nog dat ik op mijn oude dag Kowetter wordt’.

Ep is al 80 jaar lid van DOSK en weet dat ik een andere voorkeur heb.
Ik stel hem gerust: ‘Ik kom wel in ’t donker’.